Jean-Paul Sartre
Jean-Paul Charles Eymard Sartre (Parijs, 21 juni 1905 – aldaar, 15 april 1980) was een Frans filosoof en schrijver. Aan hem wordt de ontwikkeling van het existentialisme toegeschreven.
Biografie
Sartre werd geboren op 21 juni 1905 in Parijs. Hij volgde middelbaar onderwijs op het Henri IV Lyceum in Parijs, waar hij Paul Nizan leerde kennen. Van 1922 tot 1924 doorliep hij de voorbereiding op het Louis-de-Grand lyceum. In 1924 werd hij toegelaten aan de École normale supérieure. Daar ontmoette hij Simone de Beauvoir, die zijn levensgezellin werd. Na een aanvankelijke uitsluiting werd hij in 1929 toegelaten tot de studie filosofie. Sartre was een tijd leraar in het Franse middelbaar onderwijs, maar hij is nooit universiteitsprofessor geweest. Dat wilde hij ook niet. Hij publiceerde filosofische essays en ontwikkelde zich als voortrekker van het toenmalige Franse existentialisme. Tegelijkertijd raakte hij publiekelijk bekend door zijn roman La Nausée (1938), novelles (Le Mur 1939) en theaterstukken (Les Mouches 1943). Daarmee won hij een groot publiek voor zijn ideeën; hij kon zijn intellectuele imago tevens gebruiken om zich uit te spreken inzake politieke kwesties.
Eén van Sartre's belangrijkste thema's was de (existentiele) vrijheid. Sartre vond dat ieder mens vrij is. Ook in extreme situaties is de mens vrij. Je bent bijvoorbeeld altijd vrij om nee te zeggen (of te denken) tegen de bezetter.
Op politiek gebied volgde Sartre de 'derde weg', een onafhankelijke positie ten opzichte van de VS en de Sovjet-Unie. Toen de Koude Oorlog echter verruwde (Korea-oorlog en Vietnamoorlog) en Frankrijk steeds pro-Amerikaanser werd, koos Sartre in 1952 de zijde van de SU, alhoewel hij nooit lid werd van de Franse Communistische Partij. Hij nam steeds meer afstand van zijn eigen existentialisme en vond dat de vrijheid verkregen moest worden via het collectief, in plaats van via het individu. Hij kreeg in die tijd veel kritiek te verduren, o.a van zijn oud medestudent aan de ENS, Raymond Aron. In 1956 veranderde Sartre's houding ten opzichte van het communisme van de SU radicaal. Hij keurde de inval in Hongarije af.
Jean-Paul Sartre werd in 1964 de Nobelprijs voor de Literatuur toegekend, maar hij weigerde die in ontvangst te nemen, omdat hij vond dat die teveel naar een anti-communistisch schrijver ging.
Hij overleed op 15 april 1980 in een ziekenhuis in Broussais (Parijs). Bij zijn begrafenis waren ongeveer 50.000 mensen aanwezig.
"Sartre's originaliteit bestond daarin dat hij het bewustzijn een triomfantelijke onafhankelijkheid toekende en daarnaast de realiteit het volle gewicht van zijn betekenis gaf." (Simone de Beauvoir (schrijfster en levensgezel van Sartre) in "La force de l'âge")Sartre vond zijn 'fascinatie' voor existentialistisch werk in de bestudering van de fenomenologie van Husserl.